“Pas toen ik met een psycholoog sprak, kwam ik erachter dat het ontkennen van mijn geaardheid misschien toch wel problematisch was.”
Jitske Van de Veire
Geboren te Gent in 1993
Woont in Gent, zaakvoerder van de Wakko kapper, woordvoerder van Wel Jong Niet Hetero, ‘heel erg lesbisch’ en actief op sociale media.
[Intro]
Over haar coming-out
Ik ben uit de kast gekomen toen ik 14 was. Ik had een meisje leren kennen in Frankrijk en daar was ik heel erg verliefd op geworden. Voor mij was dat toen helemaal niet raar. Ik was nog nooit verliefd geweest, en op dat moment had ik meteen het gevoel van ‘dit klopt’. Het klinkt heel cliché maar ik had heel mijn leven al het gevoel dat ik niet zoals mijn vriendinnen was. Iets strookte er niet met hun leefwereld, en ik kon daar nooit goed de vinger op leggen. Toen ik verliefd werd op een meisje, zijn die stukjes op hun plaats gevallen.
Ik zat ook op de kunsthumaniora, daar was het helemaal oké om lesbisch te zijn. Uit de kast komen was er veilig, want er waren veel meisjes in mijn klas die biseksueel waren. Er was veel ruimte voor de zoektocht naar mijn seksualiteit. Ik heb zelfs nog een aantal keer met een meisje uit mijn klas staan kussen aan de schoolpoort. Dat kon allemaal zonder me onveilig te voelen.
Dat is allemaal veranderd toen ik 18 à 19 was. Toen heb ik mezelf eigenlijk ‘terug in de kast gestoken’. Ik ging naar de universiteit en heb bij mezelf gedacht – en die zin zal ik mezelf nooit vergeven – ‘oké, vanaf nu ga je normaal beginnen doen’. Ik had me voorgenomen om ‘gewoon’ voor mannen te gaan, en me aan te passen, dezelfde kleren aan te doen als mijn vriendinnen, goed te studeren, misschien een kind te krijgen, ‘het volwassen leven te leven’. Ik had dus op een bepaald moment in mijn hoofd gestoken dat wie ik was, iemand die aan de schoolpoort met meisjes zoende, dat dat niet normaal was.
Ik heb dat vervolgens drie jaar lang volgehouden. Daardoor ontwikkelde ik een depressie en een eetstoornis. Ik had mezelf compleet verloochend. Ik was op een gegeven moment zelfs vergeten dat ik een periode had gekend waarin ik gigantisch verliefd was geweest op vrouwen.
Pas toen ik met een psycholoog sprak, kwam ik erachter dat het ontkennen van mijn geaardheid misschien toch wel problematisch was. Ik heb het dus niet in het begin, maar wel in het midden gigantisch moeilijk gehad. Ik had volgens mij ook een drankprobleem, ik had een eetstoornis en ik had een depressie. Mijn vader is me op een gegeven moment moeten komen halen omdat ik al een week niet uit mijn bed was gekomen. Ik was gebuisd voor alles, ik deed niets behalve uitgaan, zuipen en… niet gezond zijn.
Heb je de LGBTQ – community ook opgezocht, om steun te zoeken? Hoe ben je uit dat dal geraakt?
Ik zat ervoor ook nooit zo diep in die community zelf, omdat ik die niet nodig had. Ik had genoeg aan mijn vriendinnen en mijn liefjes. Door die psycholoog te bezoeken en door daarover te praten, kwam ik erachter dat mijn worsteling echt wel over mijn geaardheid ging.
Het klinkt heel stom, maar op een gegeven moment heb ik mijn Tinder-app verzet van jongens naar meisjes, en toen mijn ex-lief opnieuw leren kennen. Die heeft me geleerd om mezelf graag te zien. Die heeft me ook doen inzien dat ik er zelf goed uitzag. Ook al had ik gigantisch veel complexen en was heel mijn lichaamsbeeld verstoord.
Zo zijn wij samen in die LGBTQ +-community gerold. We hebben een vriendengroep ontwikkeld met allemaal mensen die die hele waaier van identiteiten bezetten. Toen werd ik me er bewust van hoe belangrijk die community eigenlijk is. En hoeveel nood ik als puber eigenlijk had aan een rolmodel. En dat ik als 19-jarige depressieve post-puber geen enkele lesbische vrouw in de media zag die gelukkig was. Je had Yasmine, die heeft dan zelfmoord gepleegd, je had Karolien Debecker maar die was een stuk ouder dan ik, dus ik had ook niet veel om me met haar te identificeren.
Voordat ik de LGBTQ +-community kende, liep ik dus helemaal verloren in een wereld waar ik niks van kende, behalve een keer zoenen aan de schoolpoort.
Welk advies heb je voor meisjes die nu 13, 14 jaar zijn, en op sociale media het idee krijgen dat ze perfect moeten zijn?
Sociale media kunnen een vangnet zijn of een valkuil. Ik probeer voor mezelf altijd te bedenken dat het niet zoveel voorstelt. Ik heb het daar vroeger ook moeilijk mee gehad. Ik zag alleen maar perfecte foto’s voorbij komen en had het gevoel dat ik zelf ook zo moest zijn.
Aan de andere kant is het fijne aan sociale media dat je een soort safe space kan creëren. Mijn advies is dus: volg die mensen die je inspireren en zet je account op privé als je geen zin hebt in andere mensen. Volg geen mensen waar je onzeker van wordt, want er zijn al genoeg impulsen in deze wereld waar je onzeker van wordt.
Wat doet het met je om bekend te zijn?
Het is moeilijker om jezelf te zijn als je bekend bent, omdat er identiteiten voor jou worden gecreëerd. Er worden bepaalde dingen uitgelicht van je, waardoor mensen een bepaald beeld van je krijgen. Op sociale media probeerde ik vroeger altijd heel erg om het beeld dat er van mij ontstond te corrigeren, maar dat doe ik nu niet meer zo.
Uiteindelijk ben ik gewoon Jitske die veel te veel babbelt en over haar woorden struikelt, en toevallig op vrouwen valt, en heel blij is als ze naar de Efteling mag. Mensen vergeten soms dat er achter die bekende hoofden ook een normale persoon zit die het ook niet allemaal weet.
Hoe probeer je als woordvoerder van Wel Jong Niet Hetero het verschil te maken?
Mijn doel is vooral om een rolmodel te zijn voor jonge meisjes die net uit de kast komen. Ik denk dat het fijn is dat er dan een persoon is naar wie je toe kan stappen. Ik wil een gezicht plakken op de organisatie. Ik krijg elke dag berichten van jonge mensen die naar me toe komen met vragen over hun geaardheid, en dan kan ik zeggen waar ze terecht kunnen met hun problemen.
Hoe hoop je dat de toekomst eruit ziet?
Ik hoop dat er in de toekomst in de LGBTQ +-community over alles gepraat kan worden. Dat het niet alleen gaat over geaardheid, maar ook over gender, over huidskleur. Dat wordt nog steeds heel weinig gedaan. Gisteren was bijvoorbeeld Non-Binary Visibility Day. Ik krijg nog steeds van zoveel mensen de vraag ‘non-binary, wat betekent dat?’. Dan denk ik: er zijn zo veel mensen die zich zo identificeren, en dan nog weet een groot deel van de bevolking niet wat dat is. Dat is zoals wanneer ik zou zeggen tegen mensen ‘ik ben lesbisch’ en dat mensen dan antwoorden ‘lesbisch, wat is dat?’.
Uiteindelijk moet het helemaal geen ding meer zijn. Als ik in mijn salon sta, en ik zeg ‘mijn lief werkt daar’, dan krijg ik altijd het antwoord ‘ah, wat doet hij?’ en ‘waar werkt hij?’ en ‘wat is zijn naam?’. Dan moet ik altijd uitleggen van ‘ja, het is eigenlijk een meisje, en ik ben eigenlijk lesbisch’. Je moet je elke keer opnieuw outen.
Ik hoop dat er dus meer diversiteit in de media komt, ook achter de schermen. Om onderwerpen aan te kaarten. Dat er programma’s worden gemaakt en dat daarachter niet alleen maar witte heteromannen zitten, maar dat de diversiteit vanuit de kern begint. Zal ik dat nog meemaken? Ik hoop weet het niet. Maar ik hoop het.
Als er een kleine Jitske voor je staat, zou je dan een advies hebben?
Ja, iets dat ik van mijn vader heb geleerd en wat ik mezelf nu soms nog vertel: ‘alles komt altijd goed, en op de een of andere manier zal je er wel komen. Ga je fouten maken? Megaveel. En tegen muren lopen? Megaveel. Maar dat is oké want daar zijn muren voor en daar leer je van. Maar op de een of andere manier komt het allemaal wel goed.